rijkswaterstaat &!
taqft

 

Het_Redegebied
- Groter e schepe n (> 10.000 ton ) moeten met behul p va n rada r waar -
genomen kunne n worden to t op een afstan d va n ca . 30 km (ca .
15 zeemijle n vana f de havenhoofden) .
- All e scheepvaar t en de belangrijkst e boeie n moeten met behul p
v a n rada r goed waarneembaar zij n to t op een afstan d va n ca .
13 km (d.w.z. to t nabi j de verkenningsto n o f ca . 5 zeemijle n van -
a f de havenhoofden) .
- Schepe n met een onderling e afstan d va n 125 a 150 m moete n binne n
e en afstan d va n 13 km no g gescheide n waargenomen kunne n worden .

 

Opmerking :
I n geva l va n kalamiteite n dien t de hulpverlenin g doo r de central e
verkeersleidin g t e worden gekoordineerd . Deze dien t dan ook t e beschik -
k e n ove r de direkt e lijnverbindinge n met de gemeentelijk e en Rijks -
hulpdienste n zoal s b.v. brandweer , GGD, Politi e en BB.

 

Advies[bewerken | brontekst bewerken]

De begeleiding in de scheepvaart is slechts een informatieve dienst, in tegenstelling tot de luchtvaart, waar het voor een luchtverkeersleider mogelijk is om dwingende bevelen te geven aan de piloten. Met andere woorden: een VTS-controller kan een kapitein tot niets verplichten, hoewel het voor de kapitein raadzaam is de informatie die hem gegeven wordt goed te analyseren en te overwegen. In voorkomende situaties is de verkeersleider wel bevoegd om een verkeersaanwijzing te geven. Dit is een aanwijzing die de kapitein verplicht is om op te volgen. Dit wil dus ook zeggen dat de VTS-operator niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor incidenten die in zijn sector voorvallen. Dit laatste impliceert echter niet dat de scheepvaartbegeleider niet ter verantwoording kan worden geroepen.